Een perifere aangezichtsverlamming is een plots opkomende verlamming van één gezichtshelft. In de helft van gevallen ontstaat de verlamming zonder aanwijsbare oorzaak. Als spontaan herstel uitblijft, kan mimetherapie uitkomst bieden.
Een perifere aangezichtsverlamming onderscheidt zich van een centrale aangezichtsverlamming door de locatie van het letsel en ook de zichtbare gevolgen in het gezicht kunnen verschillen. Een periferestoornis van de nervus facialis resulteert in volledige of onvolledige uitval van de aangezichtsspieren aan dezelfde gelaatshelft als het letsel zich bevindt. In geval van een centraleaangezichtsverlamming is enkel de onderste helft van de gelaatsmusculatuur aangedaan. Door de dubbelzijdige innervatie blijft de functie van de spieren rond de ogen en van het voorhoofd intact.
Een perifere aangezichtsverlamming is een plots opkomende verlamming van één gezichtshelft. Als spontaan herstel uitblijft, kan mimetherapie uitkomst bieden.
Het meest karakteristieke verschijnsel van een perifere facialis parese is de asymmetrie van het gelaat. In rust is de reguliere spanning van de spieren weg, waardoor bijvoorbeeld mondhoek, wenkbrauw en het boven- en onderooglid afhangen en de neusplooi verminderd is. Bij bewegingen zoals spreken, lachen, eten kan de symmetrie toenemen. Ook kunnen bij dit letsel synkinesen (meebewegingen) ontstaan. Als iemand kauwt of lacht, gaat bijvoorbeeld het oog dicht. Het is heel lastig en soms onmogelijk om de synkinesen onder controle te houden.
Het meest karakteristieke verschijnsel van een perifere facialis parese is de asymmetrie van het gelaat.
Ongeveer de helft van de gevallen van een perifere aangezichtsverlamming ontstaat plotseling zonder aanwijsbare oorzaak, ook wel de ‘verlamming van Bell’ genoemd. In de andere helft van de gevallen is de oorzaak een virale aandoening, trauma of een tumor die de zenuw beknelt. De aandoening gaat meestal vanzelf over, maar de klachten kunnen aanwezig blijven. Mimetherapie, uitgevoerd door daarvoor geschoolde logopedisten en fysiotherapeuten, kan zinvol zijn. De therapie is ontwikkeld door mimespeler Jan Bronk en KNO-arts Pieter Devriese.
Het trainen van de gezichtsspieren kan starten zodra de eerste beweging terugkomt in de aangedane gezichtshelft. Het kan tot een jaar duren voordat de eerste beweging zichtbaar is. Als men eerder zou beginnen, wordt de gezonde zijde getraind, waardoor de asymmetrie alleen maar toeneemt.
Het trainen van de gezichtsspieren kan starten zodra de eerste beweging terugkomt in de aangedane gezichtshelft.
Belangrijke doelen van de therapie zijn het bevorderen van de oogsluiting om uitdroging tegen te gaan en het verbeteren van de beheersing van de mondspieren zodat geen verlies meer optreedt bij eten en drinken. Ook het bevorderen van de symmetrie is een belangrijke hulpvraag, evenals het uitdrukken van emoties. De therapie onderscheidt drie stadia van herstel. In het eerste stadium, wanneer geen beweging zichtbaar is, worden adviezen en oefeningen aangeboden om de ontspanning in het gezicht te bevorderen en het bovenste ooglid te rekken. Zodra enige beweging ontstaat worden in stadium twee onder meer oefeningen aangeboden om de lipsluiting en oogsluiting te bevorderen. In het derde stadium leert de patiënt leert eventuele compensatie aan de gezonde zijde en synkinesen te verminderen.