
Lottie Stipdonk
Klinisch Linguïst en promovenda
Foto (header) by César Abner Martínez Aguilar on Unsplash
Lottie Stipdonk is werkzaam als klinisch linguïst-logopedist en promovenda aan het Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis. Voor dit WAP-bulletin brengt ze verslag uit van haar werkweek.
Maandag 28 januari
Vandaag staat mijn dag in het teken van het aanpassen en verbeteren van een van mijn papers. Dit paper zal een onderdeel vormen van mijn proefschrift over de taalontwikkeling bij veel te vroeg geboren kinderen(d.w.z. <32 weken zwangerschap). We hebben hiervoor een groep te vroeg geboren kinderen longitudinaal gevolgd en hebben taal-, gehoor-, intelligentie- en gedragsmetingen gedaan op 2-, 4- en 10-jarige leeftijd. Op de leeftijd van 10 jaar is bovendien een MRI-scan van de hersenen gemaakt en zijn Auditieve Event Related Potentials (AERP’s) gemeten. Deze laatste test meet de corticale responsen op auditieve stimulusparen zoals ba/da en ta/ka.
Het paper waar ik nu aan werk gaat echter over de taaluitkomsten op 10 jaar en de relatie met een aantal andere factoren zoals het verbale IQ, aandachtsproblemen en neonatale factoren zoals de zwangerschapsduur. Ik wil het paper binnenkort op gaan sturen naar een internationaal tijdschrift binnen de Kindergeneeskunde en verwerk vandaag alle feedback van de co-auteurs. In de middag heb ik een skype-afspraak met mijn co-promotor, Jeroen Dudink, die inmiddels (deels) in UMC Utrecht werkt als neonatoloog. We spreken met 2 studenten van de master Neuroscience die de MRI-scans zullen gaan analyseren. Ze presenteren hun onderzoeksvoorstel, we nemen de planning voor de komende maanden door en we bespreken de data en analysetechnieken.
Dinsdag 29 januari
Vanochtend heb ik een afspraak met de financieel beheerder van mijn onderzoeksproject. We hebben een aantal subsidies gekregen voor dit onderzoek en een van de fondsen waar we geld van krijgen eist een accountantsverklaring waarin staat waar het geld precies naartoe is gegaan. Dit is allemaal ingewikkelder dan het lijkt, dus we bespreken welke facturen en informatie verzameld moet worden voor een goede afhandeling. Het zijn niet de leukste taken van een promotieonderzoek, maar het is uiteraard belangrijk om de inkomsten en uitgaven van het onderzoek goed op orde te houden en ze te kunnen verantwoorden.
’s Middags ga ik naar een bijeenkomst van de cursus Biomedical English Writing and Communication. Alle promovendi in het ErasmusMC moeten deze cursus een keer volgen en in 10 bijeenkomsten van 2,5 uur wordt je geleerd wat goed wetenschappelijk Engels is. Alle typische ‘Dutch English’ fouten worden belicht en we leren hoe je helder, simpel en toch gevarieerd taalgebruik toepast. Alle cursisten brengen gedurende de 10 weken een Abstract, Inleiding en Discussie van een eigen paper in. Deze worden onder de loep genomen door de docent (een native speaker) en de andere cursisten. De cursus kost veel tijd, maar ik heb er veel van geleerd en ik ben ervan overtuigd dat mijn huidige paper er beter van is geworden.
Donderdag 31 januari
Naast mijn researchwerkzaamheden doe ik ook nog 6-8 uur in de week klinische werkzaamheden. Vandaag werk ik een opname van de spontane taal uit van een 7-jarig meisje dat stottert. Haar taalontwikkeling lijkt mogelijk een belemmerende factor te zijn voor het stotteren en de linguïstische analyse geeft hier meer duidelijkheid over. Past haar linguïstische niveau bij haar leeftijd? Stottert ze meer op langere uitingen? Stottert ze meer op inhoudswoorden of op functiewoorden? Ik gebruik het programma CHILDES om het transcript te maken en met het analyseprogramma FLUCALC worden verschillende uitkomstmaten (zoals % stotters) met één druk op de knop berekend.
In de middag heb ik een aantal besprekingen en vergaderingen achter elkaar, een pittige zit. Ik heb eerst overleg met een van onze audiologen in opleiding, Tom de Boer. Samen met hem ga ik de AERP-analyses uitvoeren. Het is voor mij erg waardevol om met een klinisch fysicus zoals hij samen deze elektrofysiologische metingen te analyseren. We bespreken onze onderzoeksvragen, het plan van aanpak en we maken een planning voor de komende maanden.
Hierna ga ik direct door naar het ‘Researchoverleg Communicatie’, waarbij alle collega’s binnen KNO die zich bezighouden met wetenschappelijk onderzoek op het gebied van communicatie en gehoor aanwezig zijn. Dit overleg is een nieuw initiatief en heeft als doel dat onderzoekers elkaar kunnen ondersteunen en feedback kunnen geven op ideeën, analyses en papers waar je mee bezig bent. Ik ben gevraagd om over 2 weken iets in te brengen in dit overleg. Tom en ik zullen onze plannen voor de AERP-analyses presenteren. We hopen op nuttige input voor een vliegende start van de analyse!
De rest van de middag vinden teamvergaderingen van het Gehoor- en Spraakcentrum plaats. Eén middag in de maand worden verschillende vergaderingen na elkaar gepland. Voor mij komt het neer op een algemeen teamoverleg voor alle GSC-medewerkers van het Sophia en een Multidisciplinair overleg rondom spraak en taal. In dat laatste overleg worden ontwikkelingen in het vakgebied, initiatieven voor verbeteringen van onze dagelijkse klinische werkzaamheden en patiënten besproken.
Vrijdag 1 februari
Na al die vergaderingen van gistermiddag is het een welkome afwisseling om weer even klinisch aan het werk te gaan vandaag. Ik zie een te vroeg geboren meisje op de leeftijd van 2 jaar n.a.v. een doorverwijzing van de follow-up poli van de afdeling neonatologie. Alle veel te vroeg geboren kinderen worden daar teruggezien voor een ontwikkelingsonderzoek op de leeftijd van 2 jaar. Bij twijfel over de spraak-, taal- en/of gehoorontwikkeling sturen ze de kinderen door naar mij. Ik neem een anamnese af, de Schlichting test voor Taalbegrip en Woordontwikkeling, doe een gehoortest (Tympanometrie en Otoakoestische Emissies) en maak een opname van de spontane taal.
’s Middags werk ik de gegevens van het onderzoek uit en bereid ik me voor op een presentatie over mijn onderzoek voor volgende week. Ik sluit de week af met het vooruitzicht op een leuke borrel: ik stuur mijn collega’s een uitnodiging voor ‘de Familieborrel’ van het GSC-Sophia. Inmiddels een traditie op onze afdeling, waarbij alle collega’s hun kinderen, partner of ouders mee kunnen nemen en hun werkplek kunnen laten zien en collega’s kunnen ontmoeten. Hard werken gaat tenslotte uitstekend samen met een goede borrel op zijn tijd!